Pedagogisch beleid

De Tussenschoolse opvang van Cajas hanteert een pedagogisch beleid voor de tso welke leidraad is voor een kwalitatieve en verantwoorde opvang tussen de middag door vrijwillige overblijfkrachten. Basis voor de tso is de zorg voor veiligheid, gezelligheid en persoonlijke aandacht. Anderzijds gaat het om de begeleiding naar zelfstandigheid. Het is wenselijk dat kinderen in een huiselijke sfeer worden opgevangen.


Dit houdt o.a. in dat de overblijfkracht samen met de kinderen aan tafel eet. We starten en beëindigen de maaltijd zo veel mogelijk gezamenlijk. Daarnaast wordt er ruimte geboden voor individuele religieuze gewoonten. Kinderen kunnen na het eten een keuze maken uit het aanbod van spelmateriaal binnen en/of buiten.

De tso heeft een kindgerichte functie.

Voor de kinderen is het leuk en gezellig om met leeftijdsgenootjes te eten. Zien eten, doet eten. Er worden vaardigheiden gestimuleerd zoals wachten op je beurt, omgang met hygiëne, gezelligheid aan tafel, leren luisteren naar elkaar.

Pedagogische opvoedingsdoelen.

Op de tso geldt een algemene opvoedingsnorm, zoals onze Nederlandse samenleving die nastreeft, bijvoorbeeld niet slaan, respect voor ieder mens en rekening houden met elkaar. De tso werkt volgens deze intentie en doet geen uitspraken over bepaalde levensfilosofie of geloofsovertuigingen. Hierin heeft de tso een neutrale houding die gebaseerd is op respect.

Doelen die we binnen de tso nastreven zijn:

  • Het kind het gevoel geven dat het welkom is, dat er op hem/haar gerekend wordt door het kind bij binnenkomst te begroeten.
  • Kinderen vertrouwen meegeven en stimuleren naar zelfstandig handelen, door hen nieuwe situaties zelf uit te laten proberen en te laten ervaren. Een overblijfkracht grijpt in of helpt als het kind er om vraagt en/of als er sprake is van risico’s voor het kind (vallen) of omgeving.
  • Het kind leren verantwoordelijkheid te dragen voor zichzelf en de omgeving, door het kind te stimuleren zelf de veter te strikken, zelf de jas aan te doen, etc. en te vragen mee te helpen met opruimen en/of andere klusjes.
  • Het kind leren op een positieve manier zelfstandig conflicten of problemen op te lossen en zich weerbaar op te stellen. Een overblijfkracht grijpt niet direct in bij conflicten of problemen. Hij/zij houdt oog op de situatie, reikt indien nodig mogelijke oplossingen aan en begeleidt de kinderen zelfstandig het conflict op te lossen en af te ronden. Hij/zij zal zonder waarde oordeel benoemen wat er gebeurt en de gevolgen benoemen.
  • Duidelijk zijn naar kinderen en naar ouders en grenzen aangeven. Afspraken en regels worden mondeling verwoord.
  • Naar zowel kinderen als ouders een open en eerlijke houding aannemen.
  • Kinderen doen beseffen dat ze uniek zijn met eigen mogelijkheden en beperkingen.
  • Kinderen een gevoel van eigenwaarde bijbrengen door ze te accepteren zoals ze zijn.
  • Kinderen leren zich respectvol op te stellen naar anderen.
  • Positief gedrag wordt gestimuleerd, negatief gedrag op een positieve manier omgezet.
  • Kinderen zorgvuldig leren omgaan met andere kinderen en volwassenen.
  • Kinderen inspraak geven in de regels en invulling van de TSO en daarmee eigen verantwoordelijkheid leren dragen.


Regels.

Regels c.q. richtlijnen zijn om diverse redenen gewenst. Ze bepalen de grenzen van wat wel en wat niet toelaatbaar of mogelijk is. Zo zijn er regels die structuur en duidelijkheid bieden, regels die proberen een zo groot mogelijke veiligheid en/of rust te bieden en regels die de diverse relaties en hun onderlinge samenhang met elkaar in overeenstemming moeten brengen. Met het stellen van regels proberen wij de kinderen structuur en veiligheid te bieden. Het formuleren van heldere en voor kinderen begrijpelijke regels voorkomt onduidelijkheid en geeft kinderen houvast.

Voor regels geldt echter dat ze niet star gehanteerd worden, maar steeds worden beoordeeld op hun actualiteit en op de noodzaak van hun toepassing.

Kinderen moeten leren zich aan gemaakte afspraken te houden. Wanneer dat problemen geeft zullen ze op hun verantwoordelijkheid aangesproken worden. De regels kunnen dan eventueel bijgesteld worden. Dit kan dus per kind verschillen.

Het uitgangspunt voor het stellen van regels en één van de belangrijkste voorwaarden in de omgang met kinderen, is respect hebben voor kinderen, maar ook voor elkaar.

Respect hebben betekend dat je bereid bent met open oog, oor en hart te luisteren naar wat een kind bezighoudt en dat je bereid bent je in te leven in hun wereld. Dat stelt je in staat om kinderen te zien, te horen en te kennen en daardoor beter te begrijpen.

Structuur.

Door te werken met een vaste indeling en vaste terugkerende "rituelen" wordt er ingegaan op de behoefte aan structuur bij het kind. Op vaste tijden wordt er opgeruimd, indien mogelijk samen met de kinderen, om de ruimte overzichtelijk te houden en opdat het spel niet overgaat in chaotisch gedrag. We hebben groepsregels die structuur geven aan het groepsgebeuren, bijvoorbeeld pas van tafel als het grootste gedeelte van de kinderen klaar is met eten en handen wassen na het plassen en voor het eten.

Relatie kind/overblijfkracht.

We zien een kind gelijkwaardig aan volwassenen en als zodanig willen we hen ook benaderen, met respect voor de eigenheid en de gevoelens van het kind. Dit brengen we onder andere tot uitdrukking door goed naar een kind te luisteren en zijn mening en wensen serieus te nemen. Ook proberen wij aan te sluiten bij het kind door te kijken naar de individuele behoeftes en vaardigheden.

Relatie kind/andere kinderen.

We vinden het belangrijk dat een kind zijn eigen vrienden kiest en gelegenheid krijgt deze vriendschappen te realiseren. Daarnaast vinden wij het belangrijk dat broertjes en/of zusjes de ruimte krijgen deze relatie te benadrukken. Dit kunnen we doen door de kinderen naast elkaar te laten zitten, elkaar te laten helpen, het voor elkaar op te laten nemen en te refereren aan hun familieband. Bij ruzies tussen kinderen heeft de leiding een zodanig helpende rol dat kinderen daarna zo snel mogelijk zonder hulp weer verder kunnen spelen. De overblijfkracht stelt zich op als bemiddelaar. Kinderen worden gestimuleerd om conflicten waar mogelijk zelf op te lossen.

Relatie kind/groep.

Binnen de TSO proberen we een saamhorigheidsgevoel en verantwoordelijkheidsgevoel te bewerkstelligen. Dit willen we bereiken door gezamenlijke activiteiten te doen, zoals samen eten en drinken, door samen op te ruimen, door samen de ruimte mooi te maken en aandacht te besteden aan het vieren van bijvoorbeeld een verjaardag.

Belonen en corrigeren.

Ons uitgangspunt is het positieve van het kind. Door dit te benadrukken, creëren we ontwikkelingsmogelijkheden voor een positief zelfbeeld van het kind. We stimuleren het kind op een positieve manier door het zo vaak mogelijk te belonen. Als een kind iets goed heeft gedaan, lief is geweest, goed heeft geluisterd, zorg voor de ander heeft getoond of de overblijfkracht op iets attent heeft gemaakt, dan spreken wij onze trots en waardering daarover uit. Wij drukken dit niet alleen uit in taal, maar tonen dit ook door een aai over de bol, een schouderklopje of knipoog. Hiermee stimuleren wij het zelfbewustzijn en de zelfredzaamheid van het kind.

We corrigeren een kind als het agressief is naar een ander kind of naar de leiding en als het niet luistert naar correcties. We zoeken (oog)contact met het kind, benoemen het ongewenste gedrag en leggen uit waarom het gedrag niet geaccepteerd wordt. Een andere mogelijkheid is dat wij het kind binnen het zicht van de overblijfkracht een poosje apart zetten.

Contacten met de ouder.

De TSO biedt de mogelijkheid voor vertrouwde opvang van kinderen tegen financiële vergoeding wanneer ouders om zeer uiteenlopende redenen de zorg voor hun kind met anderen willen delen. De tussenschoolse opvang van Cajas hecht grote waarde aan een goede dienstverlening en streeft naar een opvang waarin ruimte gecreëerd wordt voor ouders om mee te denken en mee te praten. Een goede samenwerkingsrelatie met ouders is hiervoor nodig.

Wij zien ouders en kinderen van de TSO als kritische consumenten. Alleen door goed op signalen van ouders en kinderen te letten kun je een goede opvang creëren waarin alle partijen zich thuis voelen. Mocht er sprake zijn van klachten van de ouders en/of conflicten dan staat in de klachtenregeling TSO hoe er gehandeld moet worden.

Privacyregels.

Er wordt zorgvuldig omgegaan met persoonlijke gegevens. Dat geldt voor gegevens van de kinderen, ouders maar ook die van het personeel. De Stichting werkt conform de Wet op Privacy. Wij gaan vertrouwelijk om met alle schriftelijke en mondelinge informatie. Vertrouwelijke informatie wordt niet buiten de ouders om met derden besproken. Een uitzondering hierop wordt gemaakt als er sprake is van een vermoeden van verwaarlozing of kindermishandeling. Het belang van het kind is hierbij het uitgangspunt van de werkwijze van de Stichting. Werk en privé worden binnen de TSO van elkaar onderscheiden. Wij geven om die reden ook geen privé telefoonnummers van medewerkers aan derden.